Diervoeder wordt al lang erkend als een potentiële bron van gevaar in verwerkte dierlijke voedselproducten. De diervoederproductiesector heeft de verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat consumenten voldoende worden beschermd. Daarom speelt de kwaliteit van het voer een cruciale rol. GMP Good Manufacturing Practices System voor de diervoederindustrie is een manier om dit doel te bereiken.
Dit systeem is ontwikkeld om een voederveiligheidssysteem voor dieren te creëren dat rekening houdt met diergezondheid en milieukwesties om de risico's voor de volksgezondheid tot een minimum te beperken. Het houdt ook rekening met de relevante aspecten van internationale vereisten om de voedselveiligheid te waarborgen.
Het bevat ook minimale hygiënische en hygiënische normen, evenals kwaliteitsborging en normen voor voederveiligheid binnen het kader van geldende wettelijke voorschriften. Het is van essentieel belang om veilig, schoon en gezond voedsel van dierlijke oorsprong te produceren.
Diervoeding speelt een leidende rol in de wereldwijde voedingsmiddelenindustrie, die de economische productie van dierlijke producten wereldwijd mogelijk maakt. Geproduceerde voeders worden gebruikt in voedsel, vezels en soortgelijke vormen om dieren te voeren onder een grote verscheidenheid aan landbouwomstandigheden.
Voor een efficiënte en intensieve productie van vlees, melk, eieren en ander voedsel, moeten gemengde en uitgebalanceerde voeders worden gebruikt. Veilige diervoederproducten moeten zorgen voor voldoende voedselzekerheid in alle stadia van groei en productie, en ervoor zorgen dat bedrijven de voedselveiligheid handhaven, productiekosten verlagen, de voedselkwaliteit en -consistentie handhaven en verbeteren en de gezondheid en het welzijn van dieren verbeteren.
Op dezelfde manier wordt, door alleen de vereiste hoeveelheid biologisch beschikbare voedingsvoedingsstoffen aan te bieden, de kans op vervuiling door dierlijk afval verminderd. Het GMP-systeem moet worden gebruikt in combinatie met goed geplande en efficiënte afvalbeheersystemen om de veiligheid voor het milieu te garanderen.
Voedselveiligheidsgevaren verbonden aan diervoeders zijn van biologische, chemische of fysische oorsprong. De omvang van het gevaar hangt af van de bron, de wijze van overdracht en de belichtingstijd. Daarom moet risicomanagement op een volledige basis gebaseerd zijn. Risico's komen ook voort uit bronmateriaal alsmede verontreiniging van producten tijdens transport, opslag en transport.
GMP Good Manufacturing Practices System voor de diervoederindustrie biedt tal van voordelen voor bedrijven die op dit gebied actief zijn. Bedrijven met een GMP-voederveiligheidscertificaat bewijzen bijvoorbeeld internationaal dat zij kwaliteitsproducten produceren. De GMP-standaard omvat ook andere nationale en internationale standaarden en stelt bedrijven in staat zich te concentreren op risicobeoordeling en kwaliteitsproductie.
Bedrijven die in het bezit zijn van het GMP Good Manufacturing Practices System-certificaat voor de diervoederindustrie hebben de macht om hun producten aan te bieden en over de hele wereld te concurreren. Dit document versterkt de reputatie van bedrijven.
Tegelijkertijd voldoet deze norm aan andere nationale en internationale programma's en kan deze eenvoudig worden geïntegreerd met andere systemen.
Ten slotte is een voordeel van certificering dat het de traceerbaarheid in de voederproductieketen verhoogt. Op deze manier wordt ervoor gezorgd dat veilige, gezonde en hoogwaardige dierenvoeders worden geproduceerd en geleverd aan bedrijven die dierlijke producten produceren onder veilige omstandigheden.
Door het toepassen van de criteria van het GMP Good Manufacturing Practices System voor de diervoederindustrie worden de effecten van antimicrobieel gebruik bij dieren op de voedselveiligheid verminderd. Er wordt onderzoek gedaan naar een aantal nieuw erkende ongewenste stoffen, zoals melamine, dioxines en dioxineachtige polychloorbifenylen (PCB's). Er wordt gecontroleerd op de aanwezigheid van genetisch gemodificeerde organismen, planten en enzymen in het voer. Bijwerkingen van nieuwe technologieën die worden gebruikt bij de productie van diervoeders, zoals de productie van biobrandstoffen, worden gemonitord. Aan de andere kant ontwikkelen zich nieuwe technologieën zoals het gebruik van nanotechnologieproducten in diervoeders, wordt er gezocht naar betere aquacultuurvoeders voor de aquacultuurindustrie en moeten ongewenste stoffen en micro-organismen in diervoeders worden opgespoord.
Voor het identificeren van gevaren die diervoeder bedreigen worden in het kader van het GMP-systeem de volgende criteria gehanteerd: de relevantie van het gevaar voor de menselijke gezondheid, de mate waarin het gevaar voorkomt en de impact van het gevaar op de internationale handel op het gebied van voeding en diervoeder. .
Het GMP Good Manufacturing Practices System voor de diervoederindustrie vereist de bescherming van diervoeders en diervoederingrediënten tegen besmetting met schadelijke stoffen of chemische, fysische of microbiologische verontreinigingen of andere schadelijke stoffen tijdens productie, gebruik, opslag en transport.
De feeds moeten in goede staat zijn en voldoen aan algemeen aanvaarde kwaliteitsnormen. In voorkomend geval moeten de beginselen van goede landbouwpraktijken, goede productiepraktijken en HACCP-gevarenanalyses en kritieke controlepunten worden gevolgd om gevaren in levensmiddelen te beheersen. Potentiële bronnen van vervuiling uit het milieu moeten worden overwogen.
Toevoegingsmiddelen voor diervoeders moeten worden verkregen uit veilige bronnen en de componenten ervan moeten worden onderworpen aan een risicoanalyse. Fabrikanten van diervoederadditieven moeten met name duidelijke informatie verstrekken aan de gebruiker om een correcte en veilige behandeling te garanderen. Monitoring van voederingrediënten moet worden uitgevoerd met behulp van risicogebaseerde protocollen. Voederingrediënten moeten voldoen aan aanvaardbare normen voor ziekteverwekkers, mycotoxinen, pesticiden en ongewenste stoffen die gezondheidsrisico's voor de consument kunnen veroorzaken.
Eerst wordt bepaald of de organisatie voldoet aan de verplichte eisen van de norm en of naar de volgende fase moet worden gegaan.
Er wordt gecontroleerd of noodzakelijke procedures en audits zijn ontwikkeld en of de bereidheid van uw instelling tot evaluatie is beoordeeld.
De bevindingen die in de eerste twee fasen optreden, worden geëvalueerd en nadat corrigerende acties zijn beoordeeld, wordt de documentvoorbereiding gestart.
U kunt ons vragen om ons formulier in te vullen om een afspraak te maken, voor meer gedetailleerde informatie of om een evaluatie aan te vragen.